McLaren-review

De redactie van Grand Prix Radio blikt terug op het afgelopen Formule 1 seizoen en vandaag staat het team van McLaren centraal.

Hoge verwachtingen
McLaren heeft wederom niet kunnen imponeren dit jaar. Ondanks dat de roemruchte renstal Honda de deur had gewezen en was overgestapt naar de Renault-motor. De Japanse krachtbron was immers de grote zondebok van de schrale jaren die het team achter de rug had. Er was volgens het team uit Woking namelijk niets mis met het chassis, sterker: volgens hen hadden zij juist één van de beste wagens van het veld. En tja, als Red Bull Racing met diezelfde motor geregeld naar het podium rijdt en zelfs af en toe een race weet te winnen, dan moest hen dit ook toch wel lukken? De inmiddels ex-teambaas Eric Boullier blies dan ook hoog van de toren aan de start van het seizoen: "In 2018 is het ons doel te strijden om de derde plaats in het constructeurskampioenschap en ik geloof dat we in ieder geval een race zullen winnen."

McLaren wist zelfs een hevig twijfelende Fernando Alonso over te halen om toch zijn helm nog niet aan de wilgen te hangen. "Ik heb erover nagedacht om te stoppen met Formule 1 en over te stappen naar een ander kampioenschap. Maar ik heb nog altijd de motivatie om te winnen en ik denk dat dit het jaar is dat alles kan veranderen. Ik heb er vertrouwen in," sprak de tweevoudig kampioen.

Gerommel achter de schermen
Deze zinnen zullen nog lang door zijn hoofd spoken nu hij terugblikt op dit seizoen. Natuurlijk begon het allemaal best aardig: Alonso werd vijfde in Australië en behaalde nog wat zevende plekken, maar het felbegeerde podium was nog ver weg. Om nog maar te zwijgen over de nog slechtere resultaten van Stoffel Vandoorne. Dit alles had volgens het team met de complexiteit te maken om de Renault-motor goed te integreren in het chassis. Tot aan de Grand Prix van Spanje reed het team daarom zelfs nog met een geëvolueerde wagen uit 2017. Maar ook met de nieuwe wagen die tijdens de thuisrace van Alonso werd geïntroduceerd werd het er allemaal niet beter op. Het team zakte zelfs nog verder weg in het deelnemersveld en het begon te rommelen achter de schermen.

Nadat in april Tim Goss, een van de drie technisch directeuren en verantwoordelijk voor het chassis, de laan uit werd gestuurd, nam teambaas Eric Boullier begin juli ontslag. McLaren voerde vervolgens direct wat veranderingen door in de technische structuur van het team in een verwoede poging de resultaten zo snel mogelijk op te krikken. Dit was ook nodig want de tussenbalans halverwege het seizoen was dat het team met een totaal van 52 punten op de zevende plek in het constructeurskampioenschap stond. Op papier konden Force India, Haas F1 en Renault nog worden ingehaald, mits het team zich echt goed zou ontwikkelen. Maar al direct na de zomerstop bleek hoe de zaken ervoor stonden: tijdens de Grand Prix van België viel Alonso uit en reed Vandoorne hopeloos achteraan het veld. De Belg was dan ook verbolgen over het feit dat McLaren stil was blijven staan ten opzichte van de andere teams.

Wisseling van de wacht
Vandoorne begon zich naast de slechte prestaties van zijn bolide ook zorgen te maken over zijn toekomst binnen het team. De geruchten begonnen namelijk steeds meer aan te zwellen dat hij zou worden vervangen na dit seizoen. Dat zou betekenen dat McLaren volgend jaar met een geheel andere rijdersbezetting van start zou gaan. Half augustus had Alonso namelijk al genoeg gezien en kondigde hij zijn vertrek uit de Formule 1 aan. Zoals verwacht werd landgenoot Carlos Sainz aangesteld als zijn opvolger. En inderdaad, de geruchten over Vandoorne klopten en na de Grand Prix van Italië bracht het team naar buiten Lando Norris zijn zitje ging overnemen.

Nadat het team zowel in Spa als in Monza achteraan het veld hobbelde, verklaarde  CEO Zak Brown dat McLaren een 'extreem slechte wagen' had gebouwd. Bovendien meldde hij dat de andere teams zich sneller hadden ontwikkeld dan zij en het er zelfs op leek dat zij achteruit waren gegaan. Hij verwachtte dan ook geen wonderen tijdens de resterende races van het seizoen. Voor het team en de renners bleef er niets over dan het jaar uit te zitten.

In de tweede seizoenshelft werden er totaal slechts tien schamele punten bij elkaar gereden: Alonso werd 7e in Singapore en Vandoorne 8e in Mexico. Met deze tien extra punten kwamen zij op een eindstand van 62 punten in het klassement te staan. Normaal gezien zou hen dat nog steeds de zevende plek hebben opgeleverd, net zoals tijdens de zomerstop. Het team schoof echter nog een plekje op omdat Force India in het seizoen een doorstart had gemaakt en daardoor de tot dan toe behaalde punten in het constructeurskampioenschap verloor. Een schrale troost en mijlenver verwijderd van die beoogde derde plek in het kampioenschap. Ter vergelijking: Red Bull Racing slaagde hier wel in en behaalde bijna zeven maal zoveel punten als McLaren.

Volgend jaar
Gaat het er volgend jaar beter op worden? Je kunt er wel vanuit gaan dat toen eenmaal werd ingezien dat de 2018-wagen geen renpaard zou worden, het team zich op volle kracht heeft gefocust op de wagen van 2019. Het kan haast niet anders dat de nieuw aangestelde renners beter materiaal onder hun kont krijgen. Voor Norris wordt zijn debuutjaar uiteraard vooral een leerjaar en zal Sainz dus de kar moeten gaan trekken. De Spanjaard rijdt echter pas vier jaar in de Formule 1, moest dit jaar zijn meerdere erkennen in Nico Hülkenberg en heeft lang niet zoveel ervaring als de vertrekkende tweevoudig kampioen. En tja, als zelfs Alonso het team niet uit het slop kan trekken...

Stel je vraag

Heb je een vraag voor Olav Mol? Stel hem dan hier!
Vraag insturen

Blijf op de hoogte!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Aanmelden