Mattia Binotto heeft op de website van Ferrari teruggeblikt op de eerste drie Grands Prix van 2020. Binotto geeft toe dat het team er slechter voorstaat dan van te voren werd gedacht, maar dat het team niemand gaat ontslaan omdat daar de auto niet sneller van wordt.
Ferrari kent een desastreus begin van het Formule 1-seizoen 2020. Tijdens de Grand Prix van Oostenrijk scoorde Charles Leclerc nog een podium door als tweede te finishen, maar het werd al snel duidelijk dat de Scuderia snelheid mist.
''Na drie races is het duidelijk dat we er slechter aan toe zijn dan we hadden verwacht en dat we snel moeten reageren", begint Binotto. ''Het hele autoproject moet worden herzien en we moeten rekening houden met de limieten die we momenteel hebben door de nieuwe regelgeving. Ik ben me er van bewust dat we geen toverstaf hebben, maar we moeten een tandje bijzetten om de zaken om te draaien zowel op de korte als op de lange termijn. Het kan ook nodig zijn om naar onze organisatie te kijken om onze werkwijze te verbeteren en te versterken waar de behoefte het grootst is. Maar eerst moeten we als team de dynamiek begrijpen die tot deze situatie heeft geleid.''
Ondanks deze stevige woorden benadrukt Binotto dat hij vertrouwen heeft in de mensen die nu bezig zijn met de SF1000.
''Ik heb vertrouwen in de mensen die er werken: we zijn begonnen aan een lang proces dat moet leiden tot een nieuwe winnende cyclus. Het duurt even, maar het hele bedrijf begrijpt en ondersteunt deze visie. Daarom vind ik het grappig om enkele verhalen te lezen die de ronde doen: het is niet dat een auto sneller wordt door mensen te ontslaan'', besluit Binotto.
Ferrari wist in de eerste drie races 27 punten te scoren, daarmee staat het bij de constructeurs op een vijfde plaats.
